Babybiggen doen hun profijt met Pro-Fit bij het spenen!

Opgemaakt door Guido Ceyssens, specialist varkens bij Vanden Avenne-Ooigem nv

Als zeugenhouders streven we naar een perfecte speenbig. De wijze waarop men met de zeugen omgaat in dracht- en lactofase en het kraamstalmanagement na de geboorte van de toom, bepalen in hoge mate de kwaliteit van onze biggen.

Tijdens en na de speenfase zijn volgende punten belangrijk voor de big:

Klimaat:

Een temperatuur van 26°C op de biggenbatterij bij het spenen is minimaal. Reken daarbij een lichtschema van 8 uur donker en 16 uur licht waardoor de biggen gaan floreren. Onderzoek heeft uitgewezen dat sommige biggen tot 24 uur na het spenen geen voer opnemen. Plaats daarom de voerbakjes vanuit de kraamstal naar de batterij. Gebruik een aantal dagen hetzelfde biggenvoeder als in de kraamstal.

Hokdensiteit:

Onderzoek en praktijk wijzen overduidelijk uit dat een lagere bezetting een hoger technisch resultaat bekomt. Een vloeroppervlak lager dan 0,25m²/big is nefast. Praktijk toont aan dat een bezetting van 2,5 biggen/m² een significant hogere groei en lagere voerconversie hebben.

Wateropname:

Fris drinkwater is onontbeerlijk. Voorzie liefst een waterpunt per 6 biggen. Onderzoek heeft aangetoond dat 20% lagere wateropname resulteert in 20 % lagere voeropname! Net zoals de voedervoorziening adviseren we ook om de watervoorziening gelijk te houden tussen kraamstal en batterij; dus dezelfde bakjes en nippels.

Voeropname:

De hoogste voederopname bekomt men als alle biggen gelijktijdig voeder kunnen opnemen. Een ronde trog geeft steeds een hogere voederopname dan een lange trog. Voorzie minimaal één eetplaats per 6 biggen. Vergelijkende technische resultaten tonen aan dat bij gelijke voedersamenstellingen droogvoeder betere resultaten geeft dan brij.

Voeder Pro-fit:

Reeds jaar en dag streeft VDA naar een antibioticavrij tracé bij de opfok van speenbiggen. Bij de ontwikkeling van PRO-FIT staat de darmgezondheid voorop. Door het fermenteren, expanderen en korrelen van gemalen grondstoffen, zorgt VDA voor een extra hoge verteringsgraad van varkensvoeders. Door toepassing van het gepatenteerd concept, uniek in de mengvoederindustrie, zijn onze voeders voorzien van pro- en pre-biotica.

Resultaten bewijzen dagelijks dat antibioticavrije opfok op vele bedrijven haalbaar is. Het preventief inzetten van antibiotica ondermijnt de resistentie; omgekeerd heeft een verlaging van het antibioticagebruik een positieve invloed op de resistentie.

Voerschema:

Bij een speenleeftijd Speen V 233. Bij een hogere speenleeftijd kan afhankelijk van bedrijfsomstandigheden gespeend worden met Baby V 229. Op bedrijven met een goede gezondheidsstatus kan Baby K 214 de resultaten extra boosten. Vanaf 18 kg komt de Baby Plus 237 in aanmerking om de biggen volwaardig naar een volgende fase te brengen.

Een voerschema samenstellen is maatwerk op uw bedrijf!

bron: www.vda-ooigem.be